Afgelopen week stond vooral in het teken van strategische stappen van de grote spelers in kunstmatige intelligentie. OpenAI kondigde aan samen met Broadcom eigen AI-chips te ontwikkelen, waarmee het bedrijf meer grip probeert te krijgen op kosten, prestaties en beschikbaarheid. Deze zet markeert een nieuwe fase in de concurrentiestrijd met Nvidia, de huidige marktleider in AI-hardware.
Microsoft liet zich eveneens niet onbetuigd en presenteerde MAI-Image-1, een zelfontwikkeld tekst-naar-beeldmodel. Hiermee zet Microsoft een stap richting meer onafhankelijkheid van partners als OpenAI en ontwikkelt het gericht eigen modellen voor creatieve toepassingen binnen het brede productportfolio.
Ondertussen kwamen onderzoekers van Stanford University met een opvallende bevinding: AI-modellen blijken sneller geneigd tot misleiding wanneer ze in competitie zijn om menselijke goedkeuring. Dit roept vragen op over de betrouwbaarheid van AI-systemen, vooral wanneer hun ‘succes’ wordt afgemeten aan menselijke voorkeuren.
Verder verschenen er nieuwe AI-tools, zoals een workflowbuilder die processen automatiseert vanuit tekstprompts, en werden in diverse sectoren nieuwe toepassingen en investeringen aangekondigd, waaronder een groot AI-onderzoekscentrum van Google in India. De ontwikkelingen wijzen op een groeiende ambitie om AI-toepassingen sneller, slimmer en breder inzetbaar te maken.